In een assenstelsel kunnen we de afstand tussen twee punten bepalen. We drukken de afstand niet uit in cm, dm of m; als eenheid nemen we de zijde van de roostervierkantjes. Er geldt:
de afstand tussen twee direct aan elkaar grenzende roosterpunten is 1.

Voorbeeld:

De afstand tussen de punten ( 2,3 ) en ( 2,4 ) is 1,

de afstand tussen de punten ( 2,3 ) en ( 6,3 ) is 4.

1
a

Wat is de afstand tussen de punten ( 0,6 ) en ( 5,6 ) ?

b

En wat is de afstand tussen de punten ( 3, 7 ) en ( 3,3 ) ?

2

Om de afstand tussen de punten ( 2,4 ) en ( 6,1 ) te berekenen, heb je de stelling van Pythagoras nodig.

a

Bereken die afstand.

b

Bereken zo ook de afstand tussen de punten ( 1,3 ) en ( 2, 1 ) .

c

Bereken ook de afstand tussen de punten ( 7,7 ) en ( 7, 7 ) .

3
a

Teken op ruitjespapier een assenstelsel. Neem de assen van 5 tot en met 5.

b

Teken de driehoek met als hoekpunten A ( 4,1 ) , B ( 2, 1 ) en C ( 3,2 ) .

c

Bereken de drie zijden van de driehoek.

d

Ga door een berekening na of hoek A B C recht is. Weet je niet meer hoe dat moet; kijk dan even hieronder.

Herhaling

In het plaatje zie je drie driehoeken. De lengten van de zijden noemen we a , b en c .
Als a 2 + b 2 = c 2 dan is de hoek tegenover de zijde van lengte c recht.
Als a 2 + b 2 > c 2 dan is de hoek tegenover de zijde van lengte c scherp.
Als a 2 + b 2 < c 2 dan is de hoek tegenover de zijde van lengte c stomp.