Evenredig

y is evenredig met x , notatie: y x , komt op hetzelfde neer als:

  • als x k keer zo groot wordt, dan wordt y ook k keer zo groot, voor alle k ,

  • de grafiek van het verband is een rechte lijn door de oorsprong ( 0,0 ) ,

  • y = c x , voor een of ander getal c .

De constante c heet evenredigheidsconstante.

y en x zijn omgekeerd evenredig komt op hetzelfde neer als:
  • als x k keer zo groot wordt, wordt y k keer zo klein ( k 0 ),

  • er is een getal c zó, dat y = c x .

De grafiek van het verband is een hyperbool met de x -as en de y -as als asymptoten.

Groeiprincipe

Als een hoeveelheid eerst a keer zo groot wordt en vervolgens nog eens b keer zo groot wordt, wordt de hoeveelheid in totaal a b keer zo groot.

Afspraak

x 1 n = x n
x p n = ( x 1 n ) p = ( x n ) p = x p n
x - α = 1 x α
Hierbij zijn x , α , p en n positief en bovendien p en n geheel.

Rekenregels voor machten
  1. a p a q = a p + q

  2. a p : a q = a p q

  3. ( a p ) q = a p q

  4. a p b p = ( a b ) p

De regels gelden voor alle positieve getallen a en b en willekeurige exponenten p en q .
Regel 1 wordt wel de hoofdeigenschap voor het rekenen met machten genoemd.

Machtsverband

Als y evenredig is met een macht van x , noemen we het verband van y en x een machtsverband. Dus y = c x α , voor zekere getallen α en c , beide positief.
Als 0 < α < 1 , dan is y afnemend stijgend,
als α > 1 dan is y toenemend stijgend (als functie van x ).
In de figuur is H een afnemend stijgende functie van G en
S een toenemend stijgende functie van G .

Vergelijkingen oplossen

Bij het oplossen van vergelijkingen gebruik je vaak de volgende regel: als x p q = a , met x en a positief, dan x = a q p . We geven een voorbeeld. Voor welke x geldt: 0,2 x x = x 3 ?


Oplossing

0,2 x x

=

x 3

wortels als machten schrijven

0,2 x 1 1 2

=

x 1 3

delen door x 1 1 2

0,2

=

x 1 3 1 1 2 = x 1 1 6

als x a = b , dan x = b 1 a

x

=

0,2 6 7 3,97

Omschrijven

We drukken x uit in y als 3 x 2 + 2 3 = y .
Ga zelf na wat er bij elke stap gebeurt.

3 x 2 + 2 3

=

y

x 2 + 2 3

=

1 3 y

x 2 + 2

=

1 27 y 3

x

=

1 27 y 3 2

In stappen berekenen

Druk z uit in y als y = 7 x 1,8 en z = 2 x 0,2 . Schrijf je antwoord in de vorm: z = a y b , met a en b in twee decimalen.


Oplossing
Uit y = 7 x 1,8 volgt: x = ( 1 7 y ) 1 1,8 , dus
z = 2 x 0,2 = 2 ( 1 7 y ) 1 1,8 0,2 = 2 ( 1 7 ) 0,11... y 0,11 1,61 y 0,11