1.11  Onderzoek 2

In de volgende opdrachten ga je met het programma VUStat het bestand school.vus onderzoeken. Dit bestand bevat de gegevens van twee scholen en geeft daarmee een beeld van het verschil tussen wiskunde-A/C-leerlingen en wiskunde-B-leerlingen.

VUStat heeft twee geschikte modules voor statistisch onderzoek: Data analyse en Dataplot. In de module Data analyse werk je met zogenaamde ruwe data die in een datatabel/datamatrix staan. In de module Dataplot werk je met geordende data in de vorm van frequentietabellen. In beide modules kun je berekeningen en afbeeldingen maken. Je kunt tussen deze modules switchen. Een frequentietabel die je in Data analyse maakt kun je met een druk op de knop naar Dataplot sturen en daar desgewenst opslaan of er verder mee werken.

Hoe maak je berekeningen in VUStat?

Net als in paragraaf 1.5 gaan we aan de hand van het voorbeeld kunstbel, gesplitst in A/C en B, het maximale percentageverschil berekenen.

Open in de module Data analyse het bestand school.vus en volg onderstaande stappen.

  • Kies in het menu Tabel > Frequentietabel en selecteer de variabele kunstbel.

  • Klik op de knop Splitsen om te groeperen op de variabele wisgroep.

  • Vink Procenten en Cumulatief aan.

Je kunt nu het maximale cumulatieve percentageverschil max.Vcp vaststellen.

In Data analyse kun je het gemiddelde en de standaardafwijking berekenen. Kies daarvoor in Data analyse voor ‘Kentallen’. Je kunt ook een variabele splitsen in deelgroepen en daarvan de centrummaten aflezen.

1

Presteerden A/C-leerlingen in klas 3 even goed in wiskunde als B-leerlingen?

Bereken - om deze vraag te beantwoorden - het maximale cumulatieve percentageverschil van cijfwis voor de A/C - en de B-groep. Hoe interpreteer je het gevonden verschil?

2

Is wiskunde-A/C ‘meisjeswiskunde’ en wiskunde-B ‘jongenswiskunde’?

Bepaal hiervoor de odds-ratio voor man : vrouw bij de A/C- en de B-groep.
Hoe interpreteer je het gevonden resultaat?
Laat een tabel maken van geslacht gesplitst op wisgroep.

3

Is er tussen jongens en meisjes een verschil in het cijfer voor wiskunde?

Bereken daarvoor de effectgrootte D met behulp van VUStat.
Bereken daarvoor de gemiddeldes en de standaarddeviaties van cijfwis voor de beide groepen.
Hoe interpreteer je het gevonden resultaat?
Vergelijk dit met je antwoord bij opgave 2.