23.2  Verbanden in de praktijk >
Vuistregels
1
a

12 : 3 = 4 km

b
c
2
a

119 8 : 5 = 190,4 km

b
c

k = 8 5 m

3
4
a
b

1900 meter

c

Elke 100 meter stijging, daalt de temperatuur 1 °C.

d

t + 1 100 h = 19

e

100 t + h = 1900

f
3s
4s
a

De snelheid op de snelweg is 1 1 2 keer zo groot als op de provinciale weg. Dus de remweg is ( 1 1 2 ) 2 = 2 1 4 keer zo lang.

b
c

De twee driehoeken zijn gelijkvormig. De vermenigvuldigingsfactor is 3. In het hoofdstuk Gelijkvormigheid heb je geleerd dat als een figuur met factor 3 wordt vergroot, dan wordt de oppervlakte met factor 32 vergroot. Je ziet dit in de volgende figuur.

Verbanden en rechte lijnen
5
6
a

25 °C; 77 °F.

b

Halverwege 32 °F en 212 °F: dus 32 + 212 2 = 122 °F.

c

0 °C : 0 1,8 + 32 = 0 + 32 = 32 °F, klopt
50 °C : 50 1,8 + 32 = 90 + 32 = 122 °F, klopt
100 °C: 100 1,8 + 32 = 180 + 32 = 212 °F, klopt

d
e
f

Bij -40 °C.

g

f = 1,8 c + 32

5s
6s
a
b

G + H = R + 2

c

Het 32-vlak heeft:
( 12 5 + 20 6 ) : 3 = 60 hoekpunten en
( 12 5 + 20 6 ) : 2 = 90 ribben.
Er geldt: 32 + 60 = 90 + 2 .
Dus de formule van Euler geldt voor het 32-vlak.

d

Een n -zijdige piramide heeft:
n + 1 grensvlakken, n + 1 hoekpunten en 2 n ribben.
Dus G + H = n + 1 + n + 1 = 2 n + 2 en R + 2 = 2 n + 2 .
Dus de formule van Euler geldt voor een willekeurige piramide.
Een n -zijdig prisma heeft:
n + 2 grensvlakken, 2 n hoekpunten en 3 n ribben.
Dus G + H = n + 2 + 2 n = 3 n + 2 en R + 2 = 3 n + 2 .
Dus de formule van Euler geldt voor een willekeurig prisma.

7
a

Vader moet 60 + 60 0,30 = 78 euro betalen.

b
c
d

Als a 100 , dan k = 60
Als a > 100 , dan k = 60 + 0,3 ( a 100 )

e

99 60 = 39 euro extra.
39 : 0,3 = 130 km extra, dus bij 100 + 130 = 230 km.

Andere verbanden
8
9
a

Iets minder dan 20 meter.

b

Ongeveer 170 meter. Zie licht blauwe pijlen in de grafiek bij g. Je moet wel eerst de grafiek van de auto doortrekken.

c

Ongeveer 120 km/u.

d

( 80 : 10 ) 2 3 4 = 48 meter ; ( 40 : 10 ) 2 3 4 = 12 meter

e

r = ( v 10 ) 2 3 4 = v 2 100 3 4 = 3 v 2 400

f

Het klopt redelijk. De formule geeft bij een snelheid van 120 km/u een remweg van 3 120 2 400 = 108 meter.

g
8s
9s
a

De breedte is b . Omdat de boer 10 meter gaas heeft, is de lengte van de ren 10 2 b meter. De oppervlakte is gelijk aan breedte ∙ lengte, dus O = b ( 10 2 b ) .

b
c
d

De grafiek is symmetrisch. Uit de grafiek lees je af dat de oppervlakte het grootst is als de breedte 2 1 2 meter is.
De lengte is dan 10 2 2 1 2 = 5 meter.

10
a
b
c

De gemiddelde lengte van jongens van 12 jaar is 154 cm. Karel is 9 154 100 % 6 % korter dan gemiddeld. Dus de schoolarts maakt zich geen zorgen.

d

Bij een leeftijd van 15 jaar zijn de meisjes gemiddeld 150 cm. De procentuele toename is dus 20 130 100 % 15 % .