26.4  Vergelijkingen van lijnen opstellen >
De richtingscoëfficiënt berekenen
1
a
b

4 ; 3 ; 3 4 ; 3 4

c

p y = 3 4 x 1

2

rc a = 2 5 ; rc b = 1 6 ; rc c = 4 3 = 1 1 3 ; rc d = 7 2 = 3 1 2 ; rc e = 7 4 = 1 3 4

Het snijpunt met de y-as berekenen
3
a
b

In 33 minuten 11 cm korter, dus in 1 minuut 11 33 = 1 3  cm korter.
De richtingscoëfficiënt is 1 3 .

c

Oorspronkelijke lengte is 29 + 1 3 42 = 43  cm.

d

l = 1 3 t + 43

e

l = 1 3 t + b
18 = 1 3 75 + b
18 = 25 + b
43 = b

4
5
a
b

rc van lijn q is 4 5

c

y = 4 5 x 2 5

d

y = 4 5 x + b
‐2 = 4 5 ‐2 + b
‐2 = 8 5 + b
2 5 = b

4s
5s
a
b

252 naar rechts en 140 naar boven, rc = 140 252 = 5 9 .

c

c = 5 9 f + b
100 = 5 9 212 + b       (invullen ( 212,100 ) )
17 7 9 = b
c = 5 9 f 17 7 9

6
a
b

rc A B = 4 3 = 1 1 3

c

b = 1 + 1 1 3 = 1 3
Snijpunt met y -as ( 0, 1 3 ) .

d

y = ‐1 1 3 x + 1 3

e

Zie opgave a.

f

Lijn A C :
rc = 1 2
y = 1 2 x + b
0 = 1 2 3 + b       (invullen ( 3,0 ) )
1 1 2 = b
y = 1 2 x 1 1 2

Lijn B C :
rc = 3 5
y = 3 5 x + b       (invullen ( 3,0 ) )
0 = 3 5 3 + b
1 4 5 = b
y = 3 5 x + 1 4 5

lijn C D :
verticale lijn, heeft geen rc
x = 3

7

lijn p :
rc = 4 2 = 2
y = 2 x + b
1 = 2 1 + b       (invullen ( 1,1 ) )
1 = b
p :   y = 2 x 1

lijn q :
rc = 4 8 = 1 2
y = 1 2 x + b
3 = 1 2 1 + b       (invullen ( 1,3 ) )
2 1 2 = b
q :   y = 1 2 x + 2 1 2

lijn r :
rc = 1 4
y = 1 4 x + b
2 = 1 4 3 + b       (invullen ( 3,2 ) )
1 1 4 = b
r :   y = 1 4 x + 1 1 4

lijn s :
rc = 0 4 = 0
y = 0 x + b
2 = 0 1 + b       (invullen ( 1,2 ) )
2 = b
s :   y = 2

lijn t :
geen rc (verticale lijn)
t :   x = 2

8

Als je naar de punten ( 3,4 ) en ( 9,6 ) kijkt is de rc van de lijn door deze twee punten 2 6 = 1 3 . Kijk je naar de punten ( 9,6 ) en ( 30,13 ) is de rc van de lijn door deze twee punten 7 21 = 1 3 .
Conclusie: de drie punten liggen op een rechte lijn.

Als je naar de punten ( 2,4 ) en ( 5,‐2 ) kijkt is de rc van de lijn door deze twee punten 6 3 = 2 . Kijk je naar de punten ( 5,‐2 ) en ( 7,‐5 ) is de rc van de lijn door deze twee punten 3 2 = 1 1 2 .
Conclusie: de drie punten liggen niet op een rechte lijn.

9
a
w 0 5 15 25 w
B 15 22,50 37,50 52,50 B = 1,50 w + 15
b
c

Het tarief voor 1 m3 water.
Het vastrecht per maand.

10
12
a
b

Als je 12 km verder moet, betaal je € 23,40 meer, dus 1 km kost 23,40 : 12 = 1,95  euro. De rc is 1,95.
Dat is het bedrag per km.

c

16,30 7 1,95 = € 2,65
Dat is het instaptarief.

d

B = 1,95 k + 2,65

11
13
a
b

Bij ongeveer 14 dagen.

c

Kosten Frankrijk: 800 + 300 d

Kosten Indonesië: 4300 + 50 d

Vergelijking: 800 + 300 d = 4300 + 50 d

d
800 + 300 d = 4300 + 50 d
MIN 50 d
800 + 250 d = 4300
MIN 800
250 d = 3500
DELEN DOOR 250
d = 14
e

Kosten zijn dan 800 + 300 14 =   € 5000,- (of 4300 + 50 14 =   € 5000,-)

10s
12s
a

rc = 12 1 2 9 1 2 10 4 = 3 6 = 1 2
b = 9 1 2 4 1 2 = 7 1 2
y = 1 2 x + 7 1 2

b

rc = 1 2 , dat betekent als je 1 liter gas extra in de fles stopt, het gewicht met een 1 2  kg toeneemt.
De tweede coördinaat is 7 1 2 , dat betekent dat de fles zonder gas een gewicht heeft van 7 1 2  kg.

c

8 1 4 = 1 2 x + 7 1 2
3 4 = 1 2 x
1 1 2 = x
Dus er zit nog 1 1 2  liter gas in de fles.

11s
13s

Kosten Sharan: 77 + 0,22 a
Kosten Honda: 74 + 0,25 a
Vergelijking:
77 + 0,22 a = 74 + 0,25 a
3 = 0,03 a
300 = 3 a
100 = a
Dus bij 100 extra kilometers zijn de kosten van de Honda en Sharan gelijk, namelijk allebei 77 + 0,22 100 = 99  euro.