(in km) |
0 |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
(in euro's) |
6 |
9 |
12 |
15 |
18 |
21 |
Met het getal 3.
Met naar boven.
Met 3 naar beneden.
Met naar beneden.
Als met 1 toeneemt, neemt nog steeds met 3 toe.
0 |
1 |
2 |
3 |
|||
0 |
3 |
6 |
9 |
0 |
1 |
2 |
3 |
|||
1 |
4 |
7 |
10 |
0 |
1 |
2 |
3 |
|||
4 |
7 |
; ;
De tweede coördinaat is het constante getal in de formule.
Het getal waarmee vermenigvuldigd wordt is bij alle drie hetzelfde.
Alleen lijn .
Zie opgave a.
De lijn loopt minder steil, maar begint wel in het punt .
|
|
0 |
1 |
2 |
3 |
|
|
1 |
3 |
5 |
7 |
9 |
|
13 |
8 |
3 |
||||
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
; 1
; 1
Als de richtingscoëfficiënt positief is, is de lijn stijgende. Als je van links naar
rechts kijkt.
Als de richtingscoëfficiënt negatief is, is de lijn dalende. Als je weer van links
naar rechts kijkt.
Als de richtingscoëfficiënt 0 is loopt de lijn evenwijdig met de horizontale as.
Het constante getal in de vergelijkingen is hetzelfde, namelijk 3.
De richtingscoëfficiënt van lijn is meer dan 1.
De richtingscoëfficiënt van lijn is minder dan 1, maar wel groter dan 0.
Die, waarbij het getal waarmee vermenigvuldigd wordt, het grootst is. Dat is lijn .
op hoogte ; op hoogte 3
Zie opgave a.
Op hoogte .
Zie opgave a.
Op hoogte .
Zie opgave c.
8 hokjes omhoog
hokje omhoog
0 |
1 |
2 |
3 |
|||
2 |
2 |
2 |
2 |
2 |
2 |
0
en
Zie opgave a.